Moet ik klagen of loslaten, terwijl ik wacht op de lente
In mijn leven heb ik altijd wel wat te klagen en ik doe dat soms ook. Dat gold al wel voor mijn leven vóór ik ziek werd hoor, dat er wel wat te klagen was. Voor iedereen is wel wat te klagen in het leven. Elk huisje heeft zijn kruisje zeggen ze wel. Sinds ik ziek ben is het bijzondere dat er nog veel meer te klagen is, maar dat ik niet meer ben gaan klagen dan voorheen. Misschien klaag ik soms zelfs wel minder dan vóór ik ziek werd. Ik zie mijzelf dus niet anders dan alle andere mensen, gezond of ziek. Iedereen heeft te maken met tegenslagen en lijden op zijn eigen manier. En klagen kunnen we dus allemaal wel. Ik merk alleen dat ik het niet graag hoor en dus ook niet graag doe. En sinds ik ziek ben doe ik het nog minder dan ooit.
Sinds mijn diagnose in 2016 doe ik met grote regelmaat weer ‘een jasje uit’, zoals het gezegde dat zo mooi kan zeggen. Eerst leek het even te stabiliseren en verbeteren en toen ging ik tóch achteruit. Heel langzaam gelukkig (tenminste, het ligt eraan wat je langzaam noemt), maar wel steeds een jasje minder. De laatste jaren lijkt het sneller te gaan, helaas.
In de zomer van 2022 begonnen de infecties. Eerst nog 2x per jaar, in 2025 komen ze al om de maand. In augustus 2023 had ik een fistel (een tunnel in de huid) op mijn stuit waar opgehoopt ‘vuil’ hard in was geworden. Dat harde rijstkorreltje zat in de fistel en als ik erop zat dan schuurde het de huid in de fistel open. Het werd een pijnlijke wond. De huisarts keek en rapporteerde dat het een decubitus wond was (dit is typisch voor mijn huisarts, hij is geen slechte huisarts – anderen zijn zeer tevreden – maar in mijn geval zit hij er nog wel eens nét een beetje naast op heel veel gebieden), maar de behandeling voor een wond in een fistel en een decubitus wond is hetzelfde, dus het was geen probleem deze keer. Spoelen, honingzalf en verbinden tot de huid genezen zou zijn. Gelukkig genas het, want een fistel die niet geneest vraagt heftiger behandelingen en dat is niet alleen heel onprettig voor mij, maar de vraag is ook altijd of het voldoende (h)erkend wordt. De fistel zit er nog steeds, maar zolang hij geen problemen geeft en de huid heel blijft is het prima. In 2022 en 2023 kreeg ik ook corona en een grip met heel veel heftige hoest (kinkhoest heerste in die tijd). Kortom, mijn lijf krijgt ietsjes teveel te verduren en mijn spieren verslappen, de pijn neemt toe en ik kan steeds minder. Mijn betrokken behandelaren zijn het erover eens: die infecties zouden moeten stoppen om stabiel te kunnen worden.
Ik heb het soms erg koud
Nu al figuurlijk die ‘jassen zijn uitgegaan’ wordt het figuurlijk koud merk ik. Het is alsof ik alleen nog een badpak aan heb ondertussen. Sommige dagen heb ik er nog een dunne strandjurk over, maar andere dagen is het alleen een badpak. En als het dan, figuurlijk, winter wordt in mijn leven ben ik daar dus niet écht meer op gekleed. En dat merk ik. Zodra de emotionele winter begint, dan bibber ik. Ik ben heel snel van slag nu er niets meer is om mij te beschermen. En woorden van mensen kunnen me soms sneller en heftiger raken. Voor ik ziek werd draaide ik mijn hand niet om voor een klacht (zeker als het niet écht over mij ging), nu raakt het me ineens persoonlijk ook als ik er niets mee te maken heb.
Ik kijk eerst naar mezelf
Mijn eerste neiging is altijd om naar mezelf te kijken en te reflecteren. Wat is mijn aandeel? Waaraan kan ik werken? Wat kan ik nog ontwikkelen? Dat is een hele mooie eigenschap, maar soms ook een valkuil. Aan mezelf werken is namelijk niet de hele waarheid onder ogen zien. Het is bijna arrogant om te denken dat het altijd aan mijzelf ligt. Ik dicht mijzelf dan soms wel een hele grote rol toe. Alsof wat ik doe zoveel macht en kracht heeft.
Het is voor mij een uitdaging om mijzelf even los te laten en níet te kijken naar mijn aandeel. En wanneer ik mijzelf loslaat, dan is de volgende uitdaging om niet een ander vast te pakken en die ander als enige verwijten te maken. Moet er altijd een schuldige zijn? Moet ik het gedaan hebben of als ik het niet deed, moet dan een ander het doen? Misschien is dat wel helemaal niet nodig. Soms is er misschien geen schuldige. Soms ben je er samen bij en zit je er samen in. Het is niet altijd de één of de ander. Loslaten kan soms heel goed zijn.
Tekst gaat verder onder de afbeelding
Klagen
En loslaten is ook heel goed om niet in de valkuil van ‘klagen’ te vallen. Ik houd namelijk niet zo van klagen. Ik klaag dan ook niet zo veel en ik kan me irriteren als ik verhalen lees van mensen die vooral vertellen wat er niet goed gaat en waar ze allemaal wel niet last van hebben.
Dat betekent overigens niet dat ik nooit zal vertellen wanneer dingen niet lukken of als ik ergens pijn heb. Ik zeg het ook wel eerlijk als ik geen energie heb. En verhalen van anderen die eerlijk en rauw laten zien hoe het met hen gaat vind ik mooi en bijzonder. Het gaat me pas irriteren als ik merk dat iemand zichzelf als slachtoffer ziet en zichzelf zielig vindt zonder ook te zien wat er wél is (al is het maar heel klein). Dan haak ik af.
Ik zie mezelf dan ook niet als slachtoffer en ik vind mijzelf ook niet zielig. Ja, ik heb vaak pijn en ik heb steeds minder energie. Ik ben niet altijd blijmoedig, maar vaak ook wel. Beide zijn ‘ok’. Het is zoals het is en het hoort erbij. Het leven kent voor iedereen wel ups en downs. En ook ik klaag soms. Niet publiekelijk meestal en niet bij iedereen, maar wel bij mensen die dicht bij mij staan. En soms een beetje bij de thuiszorg. Ik voel mezelf ook soms wel zielig en dat mag iedereen best weten, maar ik ga het niet met de wereld delen op het moment zelf.
Ik probeer het in ieder geval
Ik ben meer van het type ‘proberen’ en niet zo van het vooraf al zeggen dat iets niet kan. Krijg ik een uitnodiging voor een familiebijeenkomst, dan zal mijn eerste reactie niet zijn: “Sorry, ik kan niet want ik ben ziek en als ik kom dan ben ik daar weken ziek van”. Nee, ik ga er over nadenken. Ik ga op zoek naar een manier om wel te gaan. In mijn hoofd zoek ik de mogelijkheden af. En ik ga er ook niet per definitie van uit dat ik er weken ziek van zal zijn als ik ga, want ik kan niets voorspellen. Dat een familiebijeenkomst gevolgen zal hebben is evident. Ervaringen in het verleden zijn geen garantie voor de toekomst, maar deels geven de ervaringen in het verleden wel aanwijzingen voor wat je kunt verwachten in de toekomst. En zelfs al zou ik een briefje uit de hemel krijgen dat ik er 3 maanden ziek van ga zijn, dan wil dat nog steeds niet zeggen dat ik niet ga. Ik ben niet bang voor de gevolgen. Maar ik zal wel een bewuste keuze maken. Hoe belangrijk en fijn vind ik de activiteit? En kunnen eventuele gevolgen daar tegenop wegen of niet?
Als ik zou zeggen dat ik waarschijnlijk niet kan komen doordat de gevolgen heel groot zullen zijn, dan kan dat twee redenen hebben. Allereerst kan het vanuit een gedachte zijn dat de ander zich kan voorbereiden dat ik niet kan komen. Tegelijk kan het ook zijn dat het voor mijzelf een reden geeft om niet meer zo hard mijn best te hoeven doen om te komen. Uiteindelijk is elke activiteit een keuze in prioriteiten en als ik naar een bepaald ‘feest’ wil gaan, dan moet ik daar mijn best voor doen door andere afspraken af te zeggen. Echter zo’n reactie dat ik waarschijnlijk niet zal kunnen komen zet me ook in de hoek van slachtoffer en ik vind dat heel vervelend.
Terugtrekken tijdens winter
Klagen, ik wil het dus liever niet en ik kan het ook niet zo goed. Het helpt niet en het levert niet zoveel op. Ik ben ook geen slachtoffer en ook niet zielig. Ja, ik ben zwak, uitgeput, vol pijn, ik kan weinig en toch… Ik ben te vertrouwen met mijzelf, mijn lijf, mijn keuzes en mijn leven. Aangezien ik niet alleen ben en het in vertrouwen op God doe. Ik blijf hopen en proberen te genieten van wat er wel is. En wanneer ik niet kan genieten, dan houd ik me even stil tot het weer gaat.
Ik heb het koud, ik bibber en – helaas – is het vaak emotioneel of figuurlijk winter. Dus trek ik me terug in mijn warme holletje en blijf daar tot het weer lente wordt. In de tussentijd deel ik het wel met geliefden. Ik ben eerlijk bij mensen die mij heel nabij zijn. En buiten, jij waarschijnlijk, ziet mij gewoon eventjes wat minder tot ik de kracht weer heb. Tenzij je mij opzoekt bij de figuurlijke warme open haard tijdens zo’n emotionele of mentale winter.
En zodra ik het weer kan, gek genoeg duurt dat vaak minder lang dan voor ik ziek werd, dan ga ik weer aarzelend en vastberaden op weg in het leven. Met een geduldige haast doe ik de dingen waar ik van hou en waar ik blij van wordt. Winters gaan voorbij en in de lente komt aarzelend het groen tevoorschijn, maar wel vastberaden. Je kunt er niet aan trekken om het sneller te laten gaan dus je hebt geduld nodig om het te laten groeien, maar tegelijk kun je er ook haastig van genieten.
God en God alleen
Gods Geest doet gelukkig al het werk in mij! Zoals ik al schreef kon ik voor ik ziek werd veel langer somberen dan sinds ik ziek ben. Mijn winters duurden toen veel langer. Hoe lastig het leven ook is geworden en hoeveel er ook te klagen is, die momenten duren niet zo lang als voor ik ziek werd. Dat is het werk van de Heilige Geest. Ik zie het in mijn dagelijkse leven. Gewoon in dagelijkse gebeurtenissen.
Dat is heel bijzonder en gaaf! Ik hoef geen bijzondere of uitzonderlijke ervaringen op te zoeken of daarnaar te verlangen. Elke dag ervaar ik Gods Geest. Ik wil het werk van Gods Geest niet opsluiten in een doosje van bijzondere ervaringen die je moet zoeken. Je hoeft geen moeite te doen en geen speciale dingen te ondernemen. Hij doet het gewoon. Gods Geest werkt overal doorheen. Het enige dat ik heb te doen is de controle loslaten. En dan zijn we weer terug bij ‘loslaten’. Soms zijn er schuldigen en soms ook niet, maar in alle gevallen helpt het om los te laten. Mijzelf loslaten en met genade en liefde benaderen. En anderen loslaten en met genade en liefde benaderen.
Het is soms heel lastig. Zeker als je gewassen moet worden door iemand die je niet persé aardig vindt, maar het is nu eenmaal de thuiszorgmedewerker die is ingepland. Maar Gods Geest werkt ook daar doorheen. God is groot genoeg!
En dus ga ik aarzelend en vastberaden tegelijk op weg en probeer ik met geduldige haast te doen waar ik van geniet.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!